TM Travel

Same same… but different

Een veel gehoord zinnetje in de afgelopen maanden, wat door onze Aziatische medemens lekker willekeurig in verschillende contexten wordt gebruikt. Wij zelf kwamen er al snel achter dat dit zinnetje best ook wel van toepassing is op onze activiteiten hier. Want na tientallen rijstvelden is het volgende rijstveld… juist. Om nog maar niet te spreken van al die tempels. Of de trappen bij tempels! Pfff.

Als je niet oplet vergeet je wel eens hoe goed je het hebt. Het wordt een beetje normaal, zo’n levensstijl en je moet wat meer op zoek naar nieuwe impulsen. In noord Vietnam vonden we het zelfs enkele dagen lang helemaal niet meer leuk. Een ziekenhuisbezoek vanwege vermoeden van malaria en een omgezwikte enkel (geloof het of niet het was die van Tommy) zorgden ervoor dat we hartstikke stil stonden. Dat waren een paar flinke baaldagen, we vonden ons zelf echt heel zielig.

Gelukkig herstelden we redelijk snel en konden we met een licht deukje in het vertrouwen weer verder. Al gauw bleek dit totaal onnodig, want ook Vietnam had weer veel te bieden. Soms moesten we dit helaas wel delen met vele Chinezen, Engelse bejaarden of backpackers met identiteitsproblemen… Dit zorgde ervoor dat het land voor ons minder ‘echt’ aanvoelde dan Indonesië. Want net zoals iedereen gaan wij natuurlijk voor die pure, authentieke ervaring 😉

We brachten vele dagen door op de scooter, in een bootje of gewoon lekker wandelend door de stadjes. Ook leerden we onze grenzen kennen tijdens canyoning, een vette ervaring die we niet hadden willen missen maar die we ook nóóit meer gaan ondernemen. Onze andere grenzen kennen we overigens blijkbaar nog steeds niet. Tijdens een bezoek aan een dorp aan de mekong delta sliepen we bij een van de lieve inwoners thuis en kregen we mee hoe daar geleefd wordt. We werden getrakteerd op een klein glaasje rijstwijn. En nog een, en nog een, en… vanaf toen weten we niets meer. Totale black-out. Oeps.  

Met een kater verder dan maar. Hoe meer we richting het zuiden reisden, hoe meer we ook te weten kwamen over de geschiedenis van Vietnam. Het lijkt allemaal een ver van je bed show, maar als je dan geconfronteerd wordt met de feiten over de oorlog is dit wel even iets om bij stil te staan. Het maakte dan ook zeker grote indruk op ons. Wat verder vooral indruk maakte was dat we in Vietnam op elke hoek van de straat onvrijwillig getuige waren van een karaokeshow. Geïnspireerd door The voice of Holland pakt iedereen die maar wil de microfoon, gaat op de stoep staan en krijst het uit, de hele straat kan dan lekker mee genieten. Heel grappig, totdat het niet meer grappig is😅

Na bijna vijf weken staken we over land de grens over naar Cambodja. Trubbel trubbel bij de grens, maar met verstand op 0 en blik op oneindig kwamen we zonder al te veel problemen het land in.

We wisten dat ook in Cambodja de verhalen over de oorlog op ons stonden te wachten. In de hoofdstad Phnom Penh bezochten we de killing fields en een gevangenis en zagen hoe het er in dit arme land aan toe ging tijdens de oorlog, nog geen 50 jaar geleden. Vreselijk en angstaanjagend om alleen al foto’s van die tijd te zien. Ons bezorgde het slechts een slapeloze nacht maar wat de mensen hier allemaal mee maakten in die tijd is te triest voor woorden.

Het was voor ons wel goed om dit meteen te zien. Zo snapten we de context beter waarin we terecht kwamen. Cambodja voelde authentieker dan Vietnam, maar is ook veel armer. Er wordt nog hard aan de weg getimmerd en niet altijd op een goede manier. Mensen willen snel geld verdienen en toeristen zijn hiervoor de beste bron. Ontelbare keren zijn we aangesproken, achternagelopen of aangetikt en we zijn inmiddels overgestapt op de negeermodus. Een gemiddeld -eenzijdig- gesprek gaat zo:

My friend! Where you go? Tuktuk?? Hello! Tuktuk tomorrow? Where you go tomorrow? Marihuana? Tuktuk? Hello sister! You’re so beautiful. Tuktuk? Where you go? Cocaine? Hello my friend, cheap price for you! Buy something? Marihuana?  

Fijn he?!?!

Naast drugspraktijken en slechte Chinese investeerders zagen we ook veel kinderen die worden ingezet om te bedelen bij toeristen, zo ook bij ons. En het is echt wel lastig om zo’n kleintje dat daar met grote bruine ogen een liedje voor je staat te zingen iets te weigeren. Maar het klopt gewoon niet, kinderen moeten naar school en dus is het beter dat schatje bij je knieën te negeren. Vreselijk!

En dus weer het besef: wat hebben wij het goed. In de afgelopen dagen konden we ons bijvoorbeeld heerlijk vermaken op een van de eilanden van Cambodja. We lieten enkele dagen alle activiteiten aan ons voorbij gaan en genoten van de witte stranden en de blauwe zee. Behalve véél cocktails hadden we bijna niets nodig. Genoten hebben we ook van de tientallen tempels in Angkor. Nou ja, genoten, tot op zekere hoogte dan. We vielen bijna om van de hitte, maar goed we zijn maar gewoon doorgelopen, nu kan het nog! 

Over twee weken niet meer, want het zit er gewoon al bijna op. Nog even en we gaan weer lekker terug naar de structuur (ja echt we hebben ‘m soms best wel gemist), kunnen weer fijn gaan sporten en alle leuke mensen weer zien. En dat is ook gewoon hartstikke goed.

Tot snel allemaal!

Bali – Flores – Vietnam

We zijn erachter gekomen dat je niet in voren kunt rusten. Dus hoe fijn het in Bali ook was om even bij te komen, de vluchten, busreizen en taxiritjes erna zorgden ervoor dat we meteen weer doodop waren. Maar fijn was het zeker, even in Bali. Helaas moesten we het ‘even’ verlengen naar bijna twee weken, terwijl dat eigenlijk niet de bedoeling was. Omdat ons visum verliep moesten we drie keer naar het immigratiekantoor in Denpasar. En dat was niet fijn. Laten we het erop houden dat we nooit meer een kwaad woord over Nederlandse ambtenaren zullen spreken, na kennis gemaakt te hebben met het ‘systeem’ in Indonesië. Wat een verschrikking was het!

Gelukkig konden we in Bali ook heel veel andere leuke dingen doen! We maakten kennis met verschillende nieuwe werelden, zoals die van yoga, surfen, maar ook: scooteren tussen onmogelijk verkeer. In bijna alle gebieden waar we tot nu toe geweest zijn lijkt ‘regel 1: er zijn geen regels’ van toepassing. Eén grote chaos! Alles rijdt door elkaar: auto’s, scooters, fietsers en dat allemaal met bepakking waarbij je alleen maar kan wachten tot het mis gaat. 

En toch doet het dat niet, want iedereen houdt ergens wel rekening met elkaar. Zo leerden we in Indonesië dat we met één handgebaar zonder te kijken een volle vierbaans weg met door elkaar racende auto’s over kunnen steken, zonder dat iemand ervan op of omkijkt. We zijn in ieder geval gewend geraakt aan de drukte om ons heen, dat is al erg fijn…

We waren toch wel blij om in het iets rustiger Flores aan te komen. We startten onze trip daar met een driedaagse prive boottour langs de Komodo eilanden. Deze ervaring is bij ons allebei met stip op nummer 1 komen staan. PRACHTIG was het, een boot helemaal voor ons alleen, met alleen een crew die werkelijk álles voor ons deed. Overdag hagelwitte stranden, snorkelen en heerlijke wandelingen, ‘s nachts boven op het dek slapen onder de sterrenhemel om vervolgens ‘s ochtends midden op zee wakker te worden van de zon op je gezicht. Onbeschrijfelijk mooi.

Een dagje duiken stond nog op de planning. Hoewel het spannend was vanwege sterke stroming in het gebied waar we gingen duiken, hadden we ons geen beste eerste ervaring kunnen wensen. We werden vergezeld door haaien, schildpadden, duizenden vissen waarvan we de naam nog steeds niet kunnen onthouden en gelukkig een ervaren prive instructeur. Dat allemaal in helder blauw water met zo ver zicht dat je niet wist waar je moest kijken. Heerlijk!!!

Vanuit het uiterste westpunt van Flores wilden we vervolgens in een week naar het oosten reizen. Omdat het eiland nog onderontwikkeld is met slechte wegen en weinig voorzieningen was de beste manier om dit te doen met een auto+chauffeur. We troffen het met ‘onze maat’ voor een week. De ervaren gids Agus heeft ons naar geweldige plekken gebracht en in de auto was het steeds gezellig. Onderweg kwamen we erachter dat we ‘weer terug’ in het echte Indonesië waren. Wederom renden de kinderen van alle kanten op onze auto af, werden we op de foto gezet en ook konden de standaarden weer omlaag. Ratten in restaurants, slechte accommodaties in dorpjes zonder elektriciteit en mensen die ondanks dat ze ons heel interessant vonden, gewoon niet wisten hoe ze met ons moesten omgaan. Maar Flores gaf ons de mooiste uitzichten, de liefste mensen, de beste geheime plekken. Het was het allemaal waard.

Dan stond ons de helse reis naar Vietnam te wachten. We boekten drie vluchten met lange wachttijden, waardoor we 24 uur op vliegvelden mochten gaan doorbrengen. In Makassar konden we een lounge vinden en een beetje decadent doen, maar in Kuala Lumpur lukte dat niet, waardoor we een vreselijke nacht hadden. Maar goed: ons luxe hotel in Hanoi bleek boven verwachting, en na een dag slapen was alles weer goed.

Het stadsleven in Hanoi beviel ons weer even goed. We maakten kennis met de Vietnamese keuken, OH wat waren we blij want inmiddels haat aan de nasi en bami. Op dit moment hebben we al tientallen loempia’s en heerlijke broodjes naar binnen gewerkt🤗 en zijn we het noorden van Vietnam gaan verkennen.

Twee dagen wandelen in de bergen van Sapa met ‘mama’ Gia was lekker rustgevend. We sliepen bij haar thuis en maakten kennis met het simpele leven daar. Deze mama en haar familie leven op en van de rijstvelden, met daartussen alleen maar paadjes waar de geiten, varkens, koeien en soms ook een scootertje je tegemoet komen. Heel mooi en heel gezellig om samen met de familie te eten en te genieten, bijvoorbeeld van de sterke rijstwijn die ze daar maken. 

Na Sapa stond ons een driedaagse rit achterop de motor te wachten. De bergen van Hà Giang zouden de mooiste uitzichten van Vietnam geven. In Hà Giang aangekomen wisten twee opgeschoten gastjes ons te vertellen dat zij ons die drie dagen zouden gaan vervoeren. Eeehh? Hoe oud zijn jullie? Ja ze waren toch echt wel 22 en hadden echt wel wat ervaring. Gelukkig wisten ze ons inderdaad veilig overal naartoe te brengen. En mooi was het zeker! Een heel andere ervaring, zo achterop de motor (pijnlijk ook) maar wat genoten we van wat we zagen. Achter elke bocht weer iets nieuws!

Toen nog Ha Long Bay, dat stond hoog op de lijst. Vanwege de vele toeristen boekten we wederom een tweedaagse boottrip naar een iets minder bekende baai, waar de kalkstenen rotsen uit de zee omhoog schieten. Een prachtige boot en weer lekker veel luxe zorgden samen met deze omgeving voor een nieuwe magische ervaring. 

We zijn ons ervan bewust hoe veel verschillende dingen we zien en doen en hoe bijzonder dat eigenlijk is. En hoewel het ooit heeeel vermoeiend is en we soms de rijstvelden en bergen ook wel eens beu zijn willen we nog lang niet naar huis 😁

Sumatra – Java

Nee, de landen in Azië lijken echt niet allemaal op elkaar. Toen we begin september naar Medan vlogen dachten we oké: dit kunnen wij wel. Makkie dat backpacken.

Natuurlijk is het allemaal niet zo spannend. Maar Sumatra bleek toch wel even andere koek dan het op toerisme ingerichte Thailand. Ineens lagen onze mogelijkheden tot vervoer niet meer voor het oprapen, en hoewel de inwoners van Sumatra ons heel lief leken te vinden, bleek toch vooral dat we alles lekker ff zelf mochten uitzoeken.

Maar samen kwamen we er ook wel aan uit. Na een lange reisdag met vluchten via Kuala Lumpur regelden we een auto met chauffeur naar onze accommodatie in Bukit Lawang. De trip van Medan naar Bukit Lawang zou nog zo’n vier uur gaan duren. Als je bedenkt dat het hier gaat om ‘n afstand van nog geen 100km weet je meteen hoe de kwaliteit van de wegen is. Uiteindelijk deden we er zes uur over en kwamen we ‘s avonds midden in een tropische bui aan in de jungle.

Eigenlijk wilden we alleen maar SLAPEN. Maar de sfeer zat er goed in bij het guesthouse. Het Thaise Chang bier maakte plaats voor Bintang, blijkbaar groeien er in Sumatra ook wietplanten (?) want de joints vlogen over tafel en overal klonk ‘welcome to the jungle!’

Oké, dan kom maar op met die jungle hè. Samen met een Spaans stel en een gezellige gids, Felix maakten we ons de volgende dag klaar voor een tweedaagse trip naar het regenwoud van Bukit Lawang. Wat was het prachtig, wat zagen we veel! Orang-oetans, aapjes die ons net zo interessant vonden als wij hen, libelles met het geluid van een motorzaag.. En tadaa hier waren wél bloedzuigers, maar no worries, pluk een blaadje van de boom, lik er een keer overheen en plak het op je been. Een vuilnisbelt is er niks bij, zo vies en plakkerig liepen wij daar rond te dartelen, maar toch was het 100% genieten.

Overnachten in de jungle was voor onze tere westerse lijfjes natuurlijk niet heel prettig, maar we konden afkoelen en bijkomen in de rivier, omringd door prachtige natuur. Wat een ervaring was dit!

We probeerden een verdere planning te maken voor Sumatra, dat kostte ons enorm veel tijd. Maar uiteindelijk zetten we onze reis voort naar Lake Toba. De rit was vreselijk, wat een ellende! Mega druk op de weg, we zaten geplet tussen twee Duitsers en de airco, tja. Die deed het niet. Ergernis level +1000.

Ook het weer viel tegen, dikke vette regenbuien volgden elkaar op. Toch besloten we een scootertje huren en de omgeving te verkennen. Meteen stelden we ook ons plan weer bij. We wilden richting het oosten maar aankomende onweersbuien hielden ons tegen. En de 18uur durende reis die ons eigenlijk te wachten stond klonk niet bepaald uitnodigend. Zeker niet met deze kwaliteit van chauffeurs/taxi’s, de pilletjes tegen reisziekte hadden hun diensten al te vaak moeten bewijzen. Terug naar het noorden dan maar.

In Berastagi beklommen we vroeg in de ochtend samen met een gids de Sibayak vulkaan. Prachtig! En heel gezellig, uiteindelijk brachten we de hele dag samen door en leerden we meer over Sumatra.

Eén ding hadden we al geleerd. Blanke mensen, die zijn echt raar. Dat was tenminste de enige conclusie die we konden trekken na duizenden blikken, (stiekeme) foto’s, auto’s die stopten en toeterden en alle schoolkinderen die giechelend langs ons af liepen. We waren in een permanente walk of shame beland. Zodra we één stap buiten de deur van onze accommodatie zetten was het kassa. In het begin grappig. Daarna, sorry lieve mensen, zijn we ook regelmatig stoïcijns door gelopen.

In Java zou het misschien wel anders zijn. Hoewel we op dat gebied bedrogen uit kwamen, raakten we al wel meer gewend aan de Indonesische gang van zaken. Gewoon een kwestie van continu je standaarden verlagen. Warm water is fijn, maar als je het niet hebt; oké dan. Een mes heb je niet nodig bij het eten. Je kunt trouwens ook gewoon op de grond zitten tijdens het eten. Gezellig, een stoet mieren door de badkamer. Hygiëne blijkt een breed interpreteerbaar begrip. Maar uiteindelijk.. komt het allemaal gewoon goed.

We stopten met zoeken naar voor ons normale dingen als restaurants en waren in Yogyakarta al beter in staat om gewoon ‘mee te doen’ met de gebruiken van de Javanen. Voor zover mogelijk dan. Afgezien van het feit dat we een keer lekker ouderwets opgelicht werden ging ons dit ook best goed af. En natuurlijk zijn we gewoon toeristen. Een bezoekje aan de Borobudur en Prambanan mocht dan ook niet ontbreken. Ook bezochten we een Javaanse dansvoorstelling. Leuk, we hadden het niet willen missen, maar dat was het ook wel.

Wat wél goed ingericht bleek was het treinverkeer. We reisden in zo’n 8 uur van Yogyakarta naar Malang. Slecht eten, weinig slapen en lage weerstand zorgden voor wat griepachtige verschijnselen dus moesten we echt rustiger aan doen. De Bromo vulkaan beklimmen voor zonsopgang werd ‘m dus niet. Dan maar met een jeep en een paard; niet minder mooi! Wat een geweldige omgeving. En bijzonder om te zien wat er toch allemaal bestaat op deze aarde.

Vrijwel meteen reisden we door naar het oosten van Java. Hier beklommen we ‘s nachts de Ijen vulkaan. Tot 5uur in de ochtend zouden we hier het blauwe vuur kunnen zien. Om daar zo in de krater te staan, midden tussen de mijnwerkers die voor een paar centen in de giftige gassen het zwavel kappen was een bizarre ervaring. Het leek een andere wereld. Niet te beschrijven hoe intens dit was! De zwaveldamp was voor ons die paar minuten al zo heftig. Onvoorstelbaar dat er mensen zijn die zich hier dagelijks aan blootstellen.

Inmiddels zijn we op Bali. De wegen zijn hier goed. Er zijn andere toeristen. We krijgen weer bestek bij ons eten! Niemand kijkt ons aan. De warungs zijn gewoon restaurantjes… alles is goed geregeld. Onze standaarden zijn weer omhooggeschoten richting westerse normen. Daar gaan we eens even van genieten: behalve een keer duiken zullen we hier vooral heel veel niks gaan doen. Je moet tenslotte doen waar je goed in bent 😁

Thailand

Nee hoor, grapje. Maar gedronken hebben we de afgelopen twee weken wel, en veel😌 

Verder voornamelijk nog vooral de toerist uitgehangen. Maar ook de onderwaterwereld verkend, héél veel ‘no thankyou’ gezegd, schoenen uit en aan gedaan, olifantjes bekeken en gewassen🤩 muggen weggejaagd, andere beesten bekeken en erom gegild (M), etc etc je kent het wel.

Thailand blijkt erg gemakkelijk te bereizen. Dat was wel even fijn, zo konden we even wennen. De gebaande paden zijn best prettig zo in het begin en zeker niet minder mooi. 

Zo bleek Bangkok best een gezellige stad, ondanks het toerisme. Na de vlucht was het leuk om even een Thai massage te ontdekken, of eigenlijk vooral pijnlijk, maar goed: leuk! Een tempeltje bekeken en wat rondgelopen, twee dagen zijn dan zo om. We hadden de trip naar Koh Tao, duikeiland van Thailand al gepland en namen dus gauw genoeg de boot. Meteen weer een lange reis, dat zorgde ervoor dat we direct doodop waren. Dan weten we dat ook weer; rustiger aan doen. Tijd zat 😁 

Drie dagen lang volgden we in Koh Tao theorie en praktijklessen en behaalden we uiteindelijk allebei ons brevet. Mooi! Dat betekent dat we verderop in onze reis ook onder water op onderzoek uit kunnen en vanaf nu overal samen kunnen duiken (vrij vertaald naar ‘dooooike’, voor de Liesselse mensen, graag gedaan). 

Koh Tao bleek een prachtig eiland. Het duiken was eerst best een enge maar daarna ‘n super vette ervaring. Ondanks de iets minder jofele accommodatie konden we ook fijn aan het strand liggen en verder plannen. Resultaat: tweemaal eerstegraads brandwonden. Weer wat geleerd. 

Een plaatsje wat hoog op ons lijstje stond was Khao Sok. De jungle! Een fijne slaapplek zorgde dit keer voor meer vertrouwen en vol goede moed boekten we een tour waarbij we in een drijvend hutje op Cheow Lan Lake zouden slapen. Dat hutje bleek niet om over naar huis te schrijven en de tour zelf leek veel op een survivaltocht door centerparcs, althans zo hebben wij het ervaren. Grote angst voor bloedzuigers, slangen etc, maar uiteindelijk zagen we alleen watervallen en lianen en braken we 100x bijna onze enkels. 

We leerden wel meteen hoe we met die gekke jungle om kunnen gaan, prettig aangezien we straks naar Sumatra gaan waar we weer in de jungle willen overnachten. Het meer waar we op sliepen was daarentegen fantastisch mooi. Ooit hardop gelachen omdat je ZO iets moois ziet dat je niet weet wat je moet zeggen? Dat dus. Echt geweldig om dit te zien en daarna werd het nog erg gezellig met wat anderen, altijd mooi🍺

Momenteel verblijven we in Krabi. Vooral omdat het praktisch is, we wilden eigenlijk iets anders in het zuiden van Thailand maar dit bleek bijna niet te regelen. Véél regen hier zorgt ervoor dat we even stagneren maar who cares want er is altijd nog Thaise rum! Woensdag vliegen we naar Sumatra, op naar nieuwe ervaringen.

Gewend zijn we nog niet echt en het is nog heel gek om alleen maar te doen wat je leuk vindt. Dat wordt weer wennen in december… Maar het gaat allemaal heel goed en tis kei gezellig samen. Dat vindt de familie wel even fijn om te weten denken wij😉 xx en tot snel allemaal!

De clichés achterna

Of waren het toch de dromen?!

Geen idee. Maar wij vertrekken dinsdag naar Bangkok. We gaan een beetje rondtrekken in Azië en komen net voor de kerst weer naar huis 😀

Reacties hierop variëren van “Oooh wat lang!” tot “Och die tijd vliegt voorbij” naar “Hoe doe je dat met je werk?” Maar ook: “Ja ja, nu kan het nog.”
En, in de categorie meest gestelde vragen: “Houden jullie een blog bij?”

Dat weten we tot op heden nog niet. Maar we zullen wel af en toe even iets op Facebook zetten, met een linkje naar deze speciaal door Tommy ontworpen site, want waarvoor zou deze anders moeten dienen.

Dan weten jullie dat! We houden jullie op de hoogte 🙂

xx van ons